“Het is om tureluurs van te worden”, zei mijn moeder vroeger over mijn gedrag. “Ja, omdat je zo’n rare vogel bent”, kwam er dan steevast achteraan. Maar wat is tureluurs nou eigenlijk?
Een tureluur (Tringa totanus) is een vogel die je met zijn stemgeluid echt tureluurs kan maken. Hij kan drie soorten geluiden maken. Z’n gewone roep klinkt als ’tju du du’, met eerste lettergreep langer, luider en hoger dan volgende; De alarmroep is een klagelijk uitgerekt ’tjuuu’. Als een Tureluur zingt lijkt dat een beetje op jodelen: een steeds herhaald luid ’tluudltluudl’.
Ik zag hem gisteravond weer voor het eerst in het veld, zittend op een weidepaal en hij had het hoogste woord. Een echte paalzitter, die ongestoord om zich heen zat te koekeloeren. Hij is een stuk kleiner dan de wulpen en grutto’s, maar zijn stemgeluid liegt er niet om.
In Nederland komen tureluurs het hele jaar voor. Het is een (nog steeds) talrijke broedvogel, verder zijn er grote aantallen doortrekkers en minder grote aantallen overwinteraars. Maar het aantal broedbaren neemt sinds 2003 met zo’n 5% per jaar af. Daarom staat de tureluur als ‘gevoelig’ (Near Threatened) op de Nederlandse rode lijst van bedreigde of kwetsbare vogelsoorten.
Leuk om te weten is dat de tureluur vaak op slechts enkele meters afstand van het nest van een kievit broedt.
De tureluur profiteert daardoor van de technieken die de kievit heeft om roofdieren op afstand te houden.
Even later was hij verdwenen in een klein slootje langs het zandpad. Regelmatig trillend met zijn pootjes, dan links en dan weer rechts. Dat doet hij om de beestjes uit de bodem van het slootje te peuren. Een grappig gezicht, dat ingenieus vissende tureluurtje. Al met al weer een mooie afsluiter van deze dag in het veld.