Willem Koestapel door bosarbeiders naar laatste rustplaats gedragen
In Loenense aarde – op de begraafplaats rondom het Nedrlands Hervormde kerkje – is gisteren(15 febrari 1961) het stoffelijk overschot ter aarde besteld van Willem Koestapel(86), de legendarische herder van de Loenermark. De natuur, die de oude scheper een lang leven tot woning was, toonde zich gisteren op heur fraaist. Het was een door eenvoud, ontroerende plechtigheid.
Begrafenis
Tegen half twee gisterenmiddag vertrok vanaf het Boshuis aan de Bruisbeek, waar Willem Koestapel zijn laatste levensjaren had doorgebracht, de stoet van mensen achter de wagen met het stoffelijk overschot. Eerst de mannen van Landelijke Eigendommen in hun dagelijkse kleding, de manchester broek en de groene pet in de hand en vervolgens enkele familieleden van Koestapel, twee nichten en een neef. De familie Rozenboom, de directeur van de Dienst Landelijke Eigendommen, de heer D. Bouwman, alsmede twee collega’s van de overledene; de enige vrouwelijke schaapherder in Nederland Koos Vos, en de jongste scheper Wijgert van den Born uit Laren. En tenslotte ook Willems grootste vriend, de trouwe schepershond Herta. Het dier is liefdevol opgenomen door de familie Rozenboom.
Stilte rondom het graf
Op de begraafplaats hadden zich een aantal plaatsgenoten verzameld, toen de bosarbeiders de kist naar de groeve droegen. Er werd niet gesproken. Dat was de wens van Koestapel, op wiens laatste rustplaats twee tuiltjes bloemen waren gelegd van zijn collega’s en een boeket van seringen en larixtakken van de familie Rozenboom.
Einde van een oude man en een merkwaardig tijdperk
In de stilte rondom het graf – symbolisch voor het leven van Willem Koestapel – namen familie en vrienden afscheid van een oude man en eigenlijk ook van een merkwaardig tijdperk, waarvan hij de personificatie was.
De tekst vanaf deel 2 t/m 6 is ooit geschreven door toenmalig N.A.C.-journalist en later adjuct-hoofdredacteur: Hendrik Jacob ‘Boy’ Idema (1924-2005)