Enorme machines
De afgelopen weken zagen we op veel plaatsen dat het gras voor de tweede keer gemaaid werd. De enorme maaimachines van tegenwoordig, zijn voor geen ‘kleintje’ vervaard, of… toch wel? Het is maar net wat je daaronder verstaat, als we het over ‘kleintjes’ hebben. Dat ondervonden wij een aantal dagen geleden, toen we langs een weiland kwamen, waar de boeren druk bezig waren om het gras te maaien. Hier was dan ook – letterlijk en figuurlijk – een ‘kleintje’, ‘het haasje’ geworden!
Op strooptocht
Blijkbaar had een echtpaar ooievaar ontdekt, dat ze tussen het gemaaide gras misschien nog wel wat te eten zouden kunnen vinden. Een muis of mol zou niet te versmaden zijn, allicht was er wat te halen. Zo stroopten ze samen op enige afstand van de vlijmscherpe maaimachines het grasland af.
Als een haas
Plotseling zagen we een haas, dwars over het grasland, de benen nemen. Nou, dachten we tegelijkertijd, die kan op het nippertje het vege lijf nog net redden. Stel je voor dat hij in de messen van de maaimachine was gekomen, je moet er niet aan denken. En de boer zelf natuurlijk ook niet, hij ziet vanaf zijn hoge zitplaats ook niet alles wat er in het gras gebeurd. Maar de haas is er als een ‘haas’ vandoor en binnen enkele ogenblikken verdwenen aan de horizon.
Jonge haas
Als we ons weer omdraaien, zien we vlakbij de maaimachine één van de ooievaars bezig met zijn snavel iets op te rapen. Vanwege de grote afstand hebben we niet direct in de gaten wat het is. Een klein beestje, maar wat mag het dan wel zijn? Als we even later de ooievaar met prooi in onze telelens hebben gevangen, wordt het pijnlijk duidelijk wat het is. Een jong haasje dat blijkbaar in de messen terecht is gekomen, de moerhaas kon dus nog net op tijd ontkomen. De ooievaar probeert het dode diertje in zijn snavel mee te krijgen, want de grote machine komt er alweer aangereden.
Geen prettige aanblik
De ooievaar is inmiddels zover opgestegen, dat hij nu een veilige landingsplek kan kiezen. Onderweg probeert hij z’n prooi, dat letterlijk en figuurlijk ‘het haasje’ is, wat beter in zijn snavel vast te krijgen. Als hij langs ons vliegt, moeten we best wel even slikken, het is zeker geen prettige aanblik.
Dood en leven
Nou, je ziet het ook hier weer eens heel duidelijk; “De ene zijn dood, is de ander zijn brood”. Het is dan ook wel een hele grote tegenstelling, als je weet dat de ooievaar juist in verband wordt gebracht met de geboorte. Dood en geboorte liggen vaak dicht naast elkaar, hoe raar het soms ook klinkt. Het voelt ook zo dubbel, aan de ene kant de blijdschap en vreugde bij de geboorte van een kindje, en aan andere kant het verdriet bij een sterfgeval. Zoiets kan je soms zomaar – in korte tijd – overkomen.’s Morgens heb je een begrafenis, en ‘s middags of de volgende dag, moet je op kraamvisite. Een groter contrast dan dit, kun je je nauwelijks voorstellen!
Ooit zei iemand eens: “Dat nieuw ‘leven’ ook weer nieuwe energie geeft, om de ‘dood’ een plekje te kunnen geven”.
Daar moest ik gewoon even aan denken, toen ik het bovenstaande vastlegde.
Baby’s en ooievaars
Trouwens… ons werd vroeger wijsgemaakt dat baby’s door de ooievaar gebracht werden. Tegenwoordig vindt men dat kinderen de waarheid wel mogen weten, maar nog altijd wordt de geboorte van een kind schertsenderwijs in verband gebracht met ooievaars.Zo zet men nog vaak een houten ooievaar in de tuin waar een kind is geboren. Ook wordt op geboortekaartjes een ooievaar afgebeeld. In het wapen van Den Haag staat ook een ooievaar te pronken.
Meer over de: Ooievaar