Zeflverzekerde jongen
Op dinsdag 24 mei jl. reed ik ‘s avonds om 7 uur bij Schaarsbergen de poort van de Hoge Veluwe binnen. Tegen die tijd zijn de meeste bezoekers huiswaarts gekeerd en is het voor mij lekker rustig in het park en kan ik op mijn gemak rondkijken. Zoals ik al aangaf, bleek het ook deze avond bijzonder rustig te zijn, onderweg zag ik nog een vos, die vlak voor mij de weg overstak en binnen de kortste keren in de dichte dekking van hert bos was verdwenen.
Ter hoogte van de Compagnieberg kwam een reegeit de weg over stuiven, met in haar kielzog een bok, blijkbaar had deze al vroeg de kriebels gekregen. Normaal gesproken is de blattijd van het reewild veel later en valt deze zo half juli. Och… we hebben het al vaker gehoord en gezegd, de natuur is onberekenbaar!
Domicilie
Via het centrum rijdt ik in de richting van het Jachthuis Sint Hubertus, want dat is in principe het ‘domicilie’ van het gelijknamige hert Hubertus. Al is zijn actieradius echter wel groter en zwerft hij gedurig in de wijde omgeving. Als ik hem hier niet kan ontdekken, koers ik richting de Eikelkamp. Wie weet, of hij daar soms rondzwerft?
Het loopt inmiddels tegen de klok van achten en over een uur is het sluitingstijd. Maar als ik bijna op de plaats van bestemming ben aangekomen, zie ik tussen de bomen door al het grote bastgewei van Hubertus afsteken tegen de groene achtergrond van het voorjaarsbos.
Zelfverzekerder
Ik merk wel heel duidelijk dat Hubertus de laatste tijd meer zelfverzekerder is geworden. Niet dat hij zich wat aantrekt van het publiek, nee… al die extra aandacht is hij ondertussen wel aan gewend geraakt, dat doet hem niet zoveel.
Alleen is het wel zo, dat hij zich wat sneller terugtrekt in de dekking. Dan zit hij lekker in de schaduw en valt hij nauwelijks op, hoewel hij toch niet heel erg diep het bos intrekt. Op zich is dat helemaal niet verkeerd, want dan wordt hij ook niet opgejaagd door opdringerige bezoekers van het park.
Geblaf in het bos
Ook deze avond is het weer echt genieten, want Hubertus is op zijn gemakje aan het grazen op een open stukje tussen de bomen en ik kan van afstand hem op de gevoelige plaat vastleggen. Dan vergeet je voor even die ‘gestreste’ wereld om je heen en voel je je alleen met een hert in de wildernis.
Alles bij elkaar zit ik zo’n drie kwartier bij Hubertus en observeer hem tijdens de maaltijd. Op een gegeven moment gaat zijn kop omhoog en kijkt hij me recht in de ogen. Je ziet hem denken: “Och… daar hebben we die grijze baardman ook weer” en vervolgens graast hij weer rustig verder.
Opeens worden we allebei ruw opgeschrikt, niet zo ver bij ons vandaan klinkt het geblaf van een reebok door het stille bos, dus blijkbaar is er toch al een beetje bronstgevoel bij het reewild. Gekraak weerklinkt tussen de dennen en al blaffend horen we de bok achter een reegeit aanrennen en drijft hij haar verder weg het bos door.
Vijfjarige jongen
Inmiddels is het kwart voor 9 en moet ik echt opbreken, anders ben ik niet op tijd bij de uitgang en ik heb ook geen behoefte aan een prent. We zullen hem nu hopelijk wel wat vaker zien, want tijdens de opbouw van het gewei moet hij elke dag een flinke hoeveelheid voedsel tot zich nemen, want zoiets kost erg veel energie. Ja, dat gewei daar staan we steeds van te kijken, zeker voor zo’n vijfjarige jongen als Hubertus. We weten het nog niet helemaal zeker, maar dat hij minstens een oneven 22-ender gaat worden, daarvan zijn we bijna zo goed als zeker. De tijd zal het leren!