Aandacht voor Jac. Gazenbeek (1894-1975)
Mede omdat wij dit jaar ons 25 jarig bestaan vieren, leek het ons goed om in dit jubileumjaar ook extra aandacht te besteden aan de naamgever van de stichting, de schrijver Jac. Gazenbeek(1894-1975).
In deze aflevering brengt de schrijver een bezoek aan
Landgoed “De Schaffelaar” in Barneveld.
Het betreffende artikel is eerder verschenen in:
Maandblad “De Auto” van maart 1938, een uitgave van de KNAC – Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club.
Ook hebben wij het gepubliceerd in ons kwartaalblad “De Veluwenaar” 19e jaargang no.2 – april – 2011
___________________________________________________________________________________________________
Onze tocht in eigen land
Wie de naam van het West-Veluwse dorp Barneveld hoort, denkt misschien – als hij tenminste een zwak heeft voor de roemruchte geschiedenis van ons vaderland – aan het bekende wapenfeit van ridder Jan van Schaffelaar, die om het leven van zijn ruiters te redden, met ware doodsverachting van de hoge dorpstoren naar beneden sprong, nadat hij hun toegesproken had: “Lieve gesellen, ic moet ummers sterven, ic en wil u geenen last brenghen!”
De oude kroniek vervolgt dan nog: “Ende hy ginck boven op die tynnen van den toren staen, ende setten syne handen in syn syde, ende spranck van boven neder, mer hy viel niet doot, mer doe hy lach, doe wirt hy dootgeslagen, soals my geseght is….”
Rechts: Standbeeld van Jan van Schaffelaar – Foto: ©Jac. Gazenbeek
Belangrijk
Meer nog dan Van Schaffelaars torensprong heeft de Barneveldse kip, die de bekende donkerbruine eieren produceert, er waarschijnlijk toe bijgedragen het oude Veluwedorp wijd en zijd, ja zelfs tot ver over de grenzen toe, bekend te maken. Wij willen echter in dit artikel niet uw aandacht vragen voor Barneveld’s beroemde donderdagse markt, hoe interessant deze voor toeristen ook moge zijn, maar wij zijn voornemens een ogenblik stil te staan bij het landschap in de omgeving en speciaal bij de belangrijkheid van het oud-Gelderse goed “De Schaffelaar”.
Verdorben en gestorven
Eertijds lagen er rondom Barneveld vele adelijke bezittingen, misschien op haar beurt voortgesproten uit de “horsten” en “laren”, versterkingen die waarschijnlijk reeds door voor-historische stammen waren aangelegd.
De namen zijn gebleven, dikwijls nog verbonden aan boerderijen of wegen, maar de havezathen of kastelen zijn gesloopt en de vertegenwoordigers van de Gelderse adel, die er eenmaal woonden, zij zijn evenzo verdorben en gestorven. Brielaer, Cotelaer, Rootselaer, Dompselaer, Glindhorst, Huijckenhorst en Havichorst, om er slechts enkele te noemen, herinneren aan die lang vervlogen tijd.
Geruchten van publieke veiling
Alleen “De Schaffelaar” is van die oude, adelijke bezittingen overgebleven, maar als wij op dit moment de gesloten vensters zien, wordt het ons bang om het hart, want ook dit kasteel is na het overlijden van Barneveld’s populaire oud-burgemeester Baron Van Nagell, zonder bewoners gebleven. Geruchten doen de ronde, geruchten van publieke veiling, van verkaveling, bouwterrein-exploitatie enzovoort. Wij zullen daar niet verder op ingaan, want wat “de man in de straat” beweert, is dikwijls overdreven en het product van een werkzame fantasie, maar wij hopen vurig, dat het met “De Schaffelaar” niet zo’n vaart moge lopen.
Lees ook: “De Schaffelaar”, een oud-Gelders goed – Deel 2 – Slot