Het leven op de boerderij is elke dag anders
Och, wat was het een heerlijk weertje, de afgelopen week, het leek zo af en toe wel zomer, als je niet beter wist. Ja, dan blijf je niet binnen zitten, dan moet je er op uit, tenminste… ik wel. Op steenworp afstand van ons huis ligt het Binnenveld, een prachtig gebied, waar ik al vele malen over heb geschreven op ons weblog.
Op deze mooie herfstmorgen gaat mijn zwerftocht door het Binnenveld, eerst een stuk over de oude Dijkgraaf en dan bij Bakker ten Veen rechtsaf via de Kraatsweg. De prachtige populieren links en rechts van mij, waarvan er helaas een aantal zijn verdwenen, geven de weg iets ‘statigs’ en tegelijkertijd is heel herkenbaars voor dit gebied.
Levend schilderij
Als ik dan de Rijnsteeg passeer, zie ik rechts van mij, op de achterdeur van een boerderij, een kat zitten. Lekker op de onderdeur van de grote baander- of deeldeuren, zit ze daar te dagdromen. Een prachtig beeld zo vanaf de weg, net een levend schilderij. De oude kastanjeboom op de voorgrond en een stapel hout, met daarnaast een vogelhuisje, vervolmaken het plaatje. Het vogelhuisje had voor mij niet direct gehoeven, maar… daar zal de boer zelf blijkbaar wel weer anders over denken, nou ja… het zij zo.
Rust en warmte
Je rijdt er soms zomaar aan voorbij, maar eigenlijk is het best de moeite waard, zo’n moment, waarbij je je weer even terug in de tijd waant. Het straalt ‘rust’ uit en het geeft je een soort gevoel van ‘warmte’, iets wat je terugbrengt naar je kindertijd. Een heilzame wereld, zonder ‘zinloos’ geweld, die je zomaar weer eventjes in de schoot wordt geworpen.
Op de foto zie je in de linkerhelft van de grote deeldeur een kleine deur, dat is gemakkelijk om, met een overstap, even naar binnen te kunnen gaan. Je hoeft dan immers die zware deur niet open te duwen. Bij boerderijen in Drenthe noemt men zo’n grote deeldeur een baander, maar ook bij ons op de Veluwe wordt die naam nog wel gebruikt. In één van de baanderhelften was een kleine deur tot aan de grond, groot genoeg om met een kruiwagen of fiets naar binnen of naar buiten te kunnen. Dat deurtje noemde men de kleine baanderdeur.
Soortgenoot
Onderwijl ik de kat op de deur zit te observeren, hoor ik ergens op het erf geschuifel, als ik om mij heen kijk, zie ik ietsje verderop nog een andere kat. Waar die ineens vandaan is gekomen, is mij een raadsel, maar ja, dat kun je verwachten op een boerderij. De kans om een muisje te verschalken, is hier wat groter, dan in het dorp of de grote stad.
Het dier twijfelt even, of ze mijn kant op zal komen of niet, maar als er dan een zacht ‘miauw’ geluid vanaf de deeldeur klinkt, besluit ze toch maar om haar soortgenoot gezelschap te gaan houden.
Kat en muis
Als ze zo regelrecht mijn kant op komt lopen, heeft ze echt alles van haar soortgenoten in het wild, ze sluipt als het ware over het erf van de boerderij.
De blik in haar ogen verraadt de jager, dus ‘muizen’ pas op, want anders is het afgelopen met de pret.
Ineens schiet mij een oud gezegde te binnen:
“Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel!”
Lees ook: Rode kater valt met de deur in huis – Deel 2 – Slot