Gevederde vrienden en gevleugelde woorden…
Dat klinkt u misschien wat vreemd in de oren, maar… we hebben het al heel wat keren over herten, zwijnen en noem al die viervoeters maar op, gesproken, maar… ook vogels weten de oude hut te vinden.
Een vaste gast is natuurlijk het roodborstje, daar heb ik het al eens eerder over over gehad, maar die komt ook heel regelmatig even buurten, om te kijken of er nog iets te halen valt bij die man in de jachthut.
Gezellige kletskous
Een vrijbuiter die ik ook eigenlijk best wel kan waarderen, dat is de Vlaamse gaai en de reden; omdat het een gezellige kletskous is en daarnaast ook nog een hele goede imitator. De Vlaamse Gaai kan heel goed de geluiden van andere vogels nadoen, ik hoorde hem een spreeuw, lijster en zelfs een buizerd imiteren, zo natuurgetrouw dat je zou zweren dat het echt was. Ook zijn verenkleed is best aardig om te zien, de blauw-gestreepte dekveertjes in het bijzonder en op menig jagershoedje kon je die vroeger vaak tegenkomen.
Goede bosbouwer
Ook nu weer zien we hem regelmatig in de omgeving van de hut, dan is hij op zoek naar zijn winter-voorraad. De Vlaamse Gaai heeft wat dit betreft, wel wat gemeen met de eekhoorn, want… hij legt in de herfst ook een wintervoorraad aan, van bijvoorbeeld eikels die ze in de grond verstoppen. Als dan in de winter zoals nu, ‘schraalhans’ keukenmeester is, spreekt hij deze wintervoorraad aan.
Het grappige aan dit hele verhaal is, dat hij ook vaak eikels in de grond laat zitten, dan gaat op die plek een boom groeien, dus is het ook nog een goede bosbouwer.
Oer-gebeuren
Aan de rand van het grote heideveld, dat niet zo ver verwijderd ligt van de hut, staat zo’n machtige eikenboom, een woudreus die met zijn zijn wirwar van takken, hoog uitsteekt boven de rest. Een tijdlang sta ik hem te bewonderen en bedenk mij, dat deze boom ooit opgegroeid is uit één enkele eikel. Onvoorstelbaar, wat een oer-gebeuren en wat een scheppingskracht, wat voel je je dan ineens klein worden in dat grote geheel van het universum!
Klein kunstwerk
Zo filosofeer ik maar wat in mijzelf, dat gebeurt wel vaker en is ook helemaal niet zo erg, goed voor de geest en voor het lichaam, zal ik maar zeggen. Ondertussen ben ik wat verder gelopen en valt mijn oog op een ondergesneeuwde pol buntgras, waarvan de stengels doorgebogen zijn door de sneeuw. In mijn fantasie zie ik een ‘mega-spin’, die overvallen is door sneeuw en vorst en als ik door de knieën zak, om er een foto van te maken, lijkt hij nog echter dan daarnet. Een klein kunstwerk in die witte wereld op de Veluwe.
Vlammend avondrood
Zo valt er veel te ontdekken in de natuur, zelfs in de winter als alles bedekt is onder een witte deken, maar… je moet het wel zien willen. Dan is er altijd wat te beleven en is iedere dag weer anders. Zo zwerf ik eigenlijk zomaar zonder doel door bos en veld en ongemerkt zakt de zon steeds lager en verdwijnt langzaam achter een heuvel. De avondzon zet de bomen in een gouden gloed, om even later deze mooie dag met een vlammend avondrood te beëindigen.
Pracht en praal
Ik blijf nog even staan, om te genieten van dit prachtige schouwspel, dat zich afspeelt tussen de coulissen van het oude dennenbos. Het is altijd weer een schitterend gezicht, als de avondhemel zich in al haar pracht en praal vertoont. Ik wordt er door gegrepen als door een onzichtbare Hand, het raakt mij tot in het diepst van mijn ziel.
Avondschemering
Als dan uiteindelijk de kleuren vervagen en de avondschemering valt, is er weer een mooie winterdag op de Veluwe ten einde en begeef ik mij met spoed naar het oude vertrouwde plekje bij het haardvuur in de hut. Daar kan ik dan in alle rust, heerlijk mijmeren en tegelijkertijd mooie herinneringen ophalen, om anderen daarvan deelgenoot te maken. Daar hoop ik dan in het volgende deel weer iets over te vertellen!
Lees ook: In en om de oude jachthut – Deel 24