Vervolg: Donkere wolken boven Hubertus…
Inmiddels waren er ook een aantal gepassioneerde mede-natuurliefhebbers op de Hoge Veluwe, op de hoogte van de rozenstok-verwonding van het hert Hubertus. Derhalve waren we dan ook extra geïnteresseerd, op welke wijze het verloop van die verwonding zich zou ontwikkelen. Te meer daar ik beroepshalve – als faunabeheerder- tijdens mijn werkzame leven in het Nationaal Park Veluwezoom (VZ) een dergelijke verwonding bij een edelhert nimmer heb waargenomen.
Volledigheidshalve vermeld
Tijdens het vegen door een hert van zijn gewei vindt er altijd wel enige lichte nabloedingen plaats. Juist de combinatie van bloed, boomsappen/hars en zonlicht resulteert in de mooie licht- of donker bruine kleur aan de geweistangen. De afgeveegde -ingedroogde- bastslierten bevatten nog een hoog percentage aan mineralen (o.a. kalk en fosfor). Derhalve vreet ieder vegend hert deze dan ook gelijk op. Oh ja, dit moet ik ook nog even kwijt. Toen Hubertus rond 18-juli begon met vegen hoorde ik enkele omstanders zeggen: “Huub is begonnen met het afschuren van zijn bastgewei!”. Lijkt een logische uitspraak, doch ik kreeg hiervan kromme tenen in mijn schoenen. Wil men voor een gerespecteerde woudloper worden aan gezien, spreek dan over vegen en NIET over schuren!
Woudloperstaal
Evenals echte woudlopers nimmer praten over een hert met een gewei dat bestaat uit één of twéé-ender, drie of vier-ender, vijf of zeven-ender enz, enz. Dus uitsluitend over een jaarling spitser, gelijk- of ongelijke gaffelaar, gelijk- of ongelijke zes-ender, gelijk- of ongelijke acht-ender enz. Om een tien-ender duidelijk kenbaar te maken spreken we over een gelijke- of ongelijke (één- of tweezijdige) kronen 10-ender dan wel over een (één of tweezijdige) ijstak 10-ender. Enz……….
Gewei als gereedschap
Op zaterdagavond 17 augustus zagen we Hubertus aan de overkant van de slotgracht -op lavei- nabij het jachtslot. Op een bepaald moment begon het dier met zijn gewei in de hoge eikentakken te ranselen. De bladeren van de afgerukte takken werden direct door een hongerige Hubertus opgevreten……..Zie filmpje onder als slot.
Tot slot een nabrander
Een hert gebruikt zijn gewei (tijdens de bronst) niet alleen als wapen om te vechten, te imponeren of territorium bepaling door langs stammetjes/takken te raggen in combinatie met reukklieren. Maar ook om een (stinkende) bronstkuil te creëren door met het gewei in de grond te raggen in combinatie met urineren. Gelijk als een derde handje is een gewei handig als (jeuk)-krabber voor rug en onderbuik. Maar het gewei gebruiken als een stuk gereedschap om de honger te stillen d.m.v. als ware met een botte bijl takken en bladeren van de bomen te slaan, zien we niet veel als een alledaagse bezigheid… verwijzend naar filmpje.
Lees ook: Het legendarische hert “Hubertus” – Deel 160
______________________________________________________________________________________________________________________
Bekijk ook het filmpje: