Met de hakken in het zand – Deel 2

Over Gelders geld gesproken…

Ooit werden alle dierenmigratiebevorderende kunstwerken op de Veluwe gemonitord met behulp van camera’s. De geïnteresseerde buitenstaander mocht meebeleven, wat er dagelijks zoal aan beestjes bij diverse Gelderse ecoducten en de Deelense insprong rondhing of er zelfs gebruik van maakte. Via de allang opgedoekte wildtrekwebsite (https://wildcam.prvgld.nl) kon ik onder meer zwijnen, Sayaguesarunderen, vossen, vooral verwoed harkende onderzoekers en (ongenode) gasten op twee voetjes bovenop ecoduct Oud-Reemst bewonderen. Via de insprong bij de Deelenseweg zag ik behalve vrijwel dagelijks ook hier harkende onderzoekers nogal eens dam- en edelherten vanuit het Deelerwoud met een soepel sprongetje De Hoge Veluwe betreden. Hierbij viel op, dat het aantal binnenkomers (veel) hoger lag dan het aantal uitspringers.

In het veelgeprezen Deelerwoud van Natuurmonumenten, waar de beestjes op hoeven dankzij het jachtverbod zo heerlijk en onbekommerd zichzelf konden zijn, was het kennelijk niet zo goed toeven. Hoewel ze niet door boze meneren met jachtgeweren welkom werden geheten, vervielen de geïmmigreerde Hubertusjes en Hubertinaatjes al gauw tot natuurlijk gedrag, waar schuwheid een wezenlijk onderdeel van uitmaakt.

Feit: Grasetertjes zijn sinds dierenheugenis erop bedacht, dat ze op een kwade dag in de muil en de maag van een vleeseter kunnen belanden. Zo zit het systeem in elkaar; in de natuur zijn bij wijze van spreken moord en doodslag aan de orde van de dag, maar mensen zetten liever een roze bril op en geloven graag iets anders.

Het verlaagde hek op ecoduct Oud-Reemst, hier gezien vanuit het Park op 21 december 2015, was aan weerszijden voorzien van zandbedden, die regelmatig aangeharkt werden om nieuwe sporen te kunnen ‘vangen’. Uiteraard werden voor de harkpartij de reeds aanwezige sporen geïnventariseerd. Hierdoor konden onderzoekers zien of en zo ja welke dieren tussen De Hoge Veluwe en Nieuw-Reemst hadden gelopen – Foto: ©Yvonne Arentzen

Het verlaagde hek op ecoduct Oud-Reemst, hier gezien vanuit het Park op 21 december 2015, was aan weerszijden voorzien van zandbedden, die regelmatig aangeharkt werden om nieuwe sporen te kunnen ‘vangen’. Uiteraard werden voor de harkpartij de reeds aanwezige sporen geïnventariseerd. Hierdoor konden onderzoekers zien of en zo ja welke dieren tussen De Hoge Veluwe en Nieuw-Reemst hadden gelopen – Foto: ©Yvonne Arentzen

Sporen in het zand bij de insprong aan de Deelenseweg, gefotografeerd buiten het hek van De Hoge Veluwe op 17 oktober 2015 – Foto: ©Anja Arentzen

Sporen in het zand bij de insprong aan de Deelenseweg, gefotografeerd buiten het hek van De Hoge Veluwe op 17 oktober 2015 – Foto: ©Anja Arentzen

Balans en monitoring

Over de grote toestroom van herten merkt hoofd bedrijfsvoering Jakob Leidekker van De Hoge Veluwe trouwens terecht op, dat binnen de Parkgrenzen de balans tussen het aantal dieren en dat wat het terrein aankan weg is; van een afschot van honderd herten is men beland bij een getal tegen de tweehonderd (https://www.omroepgelderland.nl/nieuws/2414386/Verbazing-na-afsluiten-ecoducten-Hoge-Veluwe-Het-lijkt-ons-niet-terecht)!

Van de monitoring van de Provinciale wildcams bij de ecoducten – plaatsing en onderhoud van camera’s, inventariseren van het beeldmateriaal, sporenonderzoek in speciaal daarvoor aangelegde zandbedden doe je niet voor de kat z’n viool – heb ik tot nu toe trouwens nog geen enkel verslag gevonden. Over weggegooid Gelders geld gesproken! Alleen Projectbureau Waardenburg heeft in het kader van het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) over ecoducten een reeks rapporten geleverd op basis van eigen onderzoek (www.mjpo.nl/nieuws-publicaties/publicaties/monitoringsrapporten).

Provinciale wildcam op ecoduct Oud-Reemst, gezien vanuit het Park op 17 oktober 2015 – foto: Anja Arentzen] [foto 07: Provinciale wildmonitoring op ecoduct Oud-Reemst, gezien vanuit het Park op 17 oktober 2015 – Foto: ©Yvonne Arentzen

Provinciale wildcam op ecoduct Oud-Reemst, gezien vanuit het Park op 17 oktober 2015 – foto: Anja Arentzen] [foto 07: Provinciale wildmonitoring op ecoduct Oud-Reemst, gezien vanuit het Park op 17 oktober 2015 – Foto: ©Yvonne Arentzen

Van-wie-z’n-centen

Waarom huilt de CdK krokodillentranen over de konijnen en herten, die dankzij de dichte hekken geen kant meer uit kunnen en daardoor in hun bewegingsvrijheid beperkt zijn? Waarom hoor ik de goede man niet over de (van-wie-z’n-centen) wisenten, die in een klein raster (400 ha voor een groepje van vijf dieren) ook geen enkele mogelijkheid hebben om te gaan en staan waar ze willen? ´Een wisent voegt iets toe aan de natuur en aan de natuurbeleving,’ zegt men – met in het achterhoofd ongetwijfeld de toerist die geld in het laatje brengt. Deze vorm van natuurbeleving is namelijk alleen mogelijk… tegen betaling, want uitsluitend via een excursie onder begeleiding mag men het gebied op de Veluwe in (https://wisentopdeveluwe.nl/q-a) Met een beetje geluk kan men zich dan aan de rustige en verdraagzame dieren vergapen.

Wisentstier in Natuurpark Lelystad in oktober 1990 – Foto: ©Anja Arentzen

Waarschuwing

Dat de zojuist genoemde website een aantal omgangsregels opsomt, komt op mij nogal vreemd over. Worden de deelnemers tussen neus en lippen door gewaarschuwd voor een mogelijk risico, dat zo’n excursie een onverwachte wending kan nemen? Zijn de woest ogende lieverdjes toch niet altijd de zogenaamde ruwe bolsters met blanke pit, die volkomen ongevaarlijk met hun grasdieet de Veluwse vegetatie moeten gaan omvormen? Op internet kwam ik onder andere een heftig filmpje tegen, dat een genuanceerder dan het zojuist voorgeschotelde beeld van de wisenten geeft – en dat tegelijkertijd bevestigt, dat de natuur niet lief is! (https://www.youtube.com/watch?v=GDdSipihlaU)

Ondertussen ontkom ik niet aan de volgende vraag:

Zijn de ‘iconische dieren’ niet de dupe van ‘de-natuur-is-reuze-spannend-hype’ bevorderende organisaties met de naam ARK Natuurontwikkeling en Rewilding Europe? De wisenten hebben geen enkele mogelijkheid tot contact met soortgenoten in andere leefgebieden. Weliswaar wordt er aan de hand van een stamboek keurig een fokprogramma bijgehouden (mensenwerk!), maar zonder menselijk ingrijpen vindt er geen genenuitwisseling tussen de dieren plaats. Wisenten vormden een nagenoeg uitgestorven diersoort, waarvan nog geen veertig raszuivere exemplaren over waren.

Waarom is de moeflon niet welkom, maar de wisent wel? – Foto: ©Yvonne Arentzen

Waarom is de moeflon niet welkom, maar de wisent wel? – Foto: ©Yvonne Arentzen

(On)acceptabel

Kortom, er was slechts een flinterdunne hoeveelheid genetisch materiaal overgebleven, dat Europabreed inmiddels enkele duizenden wisenten heeft opgeleverd. Het genetisch potentieel van al deze ‘nieuwe’ dieren is maar een fractie van wat er ooit aanwezig was. Hoewel de diersoort behouden is, kan deze alleen maar gezien worden als een magere afspiegeling van de wisent zoals deze was, voordat al eeuwen geleden het grote uitstervingsproces begon. Waarom is zo’n project, mede mogelijk gemaakt dankzij Provincie Gelderland, wel acceptabel? Waarom is het onacceptabel, dat De Hoge Veluwe opkomt voor het behoud van de moeflon – ook een bedreigde diersoort?

Lees ook: Met de hakken in het zand – Deel 3

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2019/09/05/met-de-hakken-in-het-zand-deel-2/