Vanmorgen vroeg was het erg mistig. Echt zo’n morgen waarop ik – ondanks het minimale zicht – toch graag het veld in trek. De meeste mensen blijven liever thuis als het zo mistig is, ook veel natuurliefhebbers, want je ziet dan toch weinig. Mijn ervaring is juist het tegenovergestelde. Je moet er alleen wat meer moeite voor doen. Ook moet je het gebied, waar je gaat zwerven, goed kennen. Anders loopt zo’n zwerftocht op een grote teleurstelling uit.
De thermometer bleef zo’n beetje op 2 à 3 graden onder het vriespunt hangen, dus op pad met de camera.
Zo zwervend langs het wildspoor, lijkt het nog stiller buiten. Net alsof alle geluiden door de mist worden gedempt. Steeds luisterde ik eventjes of ik iets hoorde. Ergens in de verte klonk een ligt snuivend geluid. Turend door de kijker ontdekte ik een eindje verderop een roedel kaalwild (vrouwtjesherten of hindes). Ze trokken over het open heideveld naar het tegenover gelegen bosvak.
Nog nagenietend van deze mooie ontmoeting, draaide ik de camera wat meer naar links en ontdekte een schim aan de horizon. Ik kon in eerste instantie niet goed beoordelen wat het was, daarvoor was het te mistig.
Heel voorzichtig liep ik richting de schimmige gestalte daar op de heuvel. Wat bleek? Een prachtige oude moeflonram stond daar op de uitkijk, nou ja, uitkijk?
Samen met een oude, kromme berk, rechts in beeld was het net een natuurschilderij. Gelukkig had hij me niet in de gaten en kon ik hem op de gevoelige plaat vastleggen.
Gek eigenlijk, dat juist die nevelige sfeer zo’n extra dimensie geeft aan de foto.
Het begon wat lichter te worden en de mist loste langzaam op. Zou ik mijn spullen maar inpakken, of nog even… Plotseling werd ik opgeschrikt door een blaffend geluid: een reebok, die blijkbaar toch lucht van mij had gekregen.
Ik dook wat in elkaar tegen een kleine houtwal en wachtte af. De minuten streken voorbij en leken wel uren.
De camera hield ik in de aanslag, want je weet maar nooit. En… het wachten werd beloond; de reebok met een gaffelgeweitje, dat nog in de bast zat, stond even later als een standbeeld boven op een heuvel in het rond te kijken. Wie durfde zijn rustige zondagochtend te verstoren? Wat hij niet wist was dat, daar in de laagte, een natuurliefhebber zat die met zijn camera het mooie tafereel vastlegde.
Tevreden en intens gelukkig keerde ik met mijn buit huiswaarts.